Advertentie sluiten

Ik herinner het me als gisteren toen iedereen Samsung veroordeelde vanwege zijn grote phablets die niemand wil gebruiken. Het is ook het moment waarop Apple zijn eerste Plus-model introduceerde. Hoe groter, hoe duurder. Dus waarom willen we grote telefoons? 

Zodra de iPhone 6 Plus op de markt kwam, ben ik vanaf de iPhone 5 direct daarop overgestapt en wilde absoluut niet meer terug. Mijn persoonlijke strategie was dat groter gewoon beter is. Dat is nu niet de bedoeling, aangezien zelfs Apple de voorkeur gaf aan grotere modellen boven kleinere, vooral op het gebied van camera's (OIS, dubbele camera, etc.). Het is logisch dat hoe groter het scherm is, hoe meer inhoud je erop ziet. Hoewel de interface hetzelfde is, zijn de afzonderlijke elementen gewoon groter: van foto's tot games.

iPhone 13 mini-recensie LsA 15

Natuurlijk wil niet iedereen grote machines. Iemand geeft immers de voorkeur aan compacte afmetingen in de vorm van basisformaten, voor iPhones zijn dat die met een diagonaal van 6,1 inch. Het is een beetje verrassend dat Apple een risico nam en minimodellen introduceerde. Ik doel nu op de minimodellen zoals wij die kennen. De spreiding van diagonalen zou veel praktischer zijn dan wanneer het zou beginnen bij een heel kleine 5,4 inch en zou eindigen bij 6,7 inch, terwijl 6,1" beeldschermen worden vertegenwoordigd door twee modellen in de serie. Het verschil van 0,6" is behoorlijk groot en het ene model zou hier zeker in passen, uiteraard ten koste van het andere. Bovendien zijn iPhone mini’s, zoals het er al een hele tijd naar uitziet, niet bepaald verkoophits en zullen we er in de toekomst waarschijnlijk afscheid van nemen.

Hoe groter hoe beter" 

En het is paradoxaal, want hoe kleiner de telefoon, hoe comfortabeler hij is in gebruik. Smartphones met grote schermen hebben eenvoudigweg bruikbaarheidsproblemen. Ze zijn moeilijk met één hand te hanteren, en sommige zijn tenslotte zo groot dat ze niet eens comfortabel in je zak passen. Maar grotere schermen zijn aantrekkelijker en prettiger om inhoud op te bekijken. Tegelijkertijd bepaalt de maat vaak de uitrusting en uiteraard ook de prijs.

Waar gaan vouwapparaten over? Over niets anders dan grootte. In tegenstelling tot de topreeks smartphones van fabrikanten bieden ze echter al bepaalde beperkingen, wanneer bijvoorbeeld de Samsung Galaxy Z Fold3 niet de kwaliteit van het Galaxy S21 Ultra-model haalt. Maar het heeft dat enorme scherm. Hoewel het apparaat misschien niet erg gebruiksvriendelijk is, trekt het zeker de aandacht en aandacht.

Voor grotere modellen zijn we bereid extra te betalen, ze beperken ons met hun afmetingen, gewicht en bruikbaarheid, maar we willen ze toch hebben. Ook de prijs is debet aan, want dan kun je zeggen dat je eigenlijk het ‘meeste’ hebt wat de fabrikant aanbiedt. Ik heb persoonlijk een iPhone 13 Pro Max en ja, ik heb dit model juist vanwege het formaat gekozen. Ik voel me op mijn gemak en ik wil mezelf niet beperken in mijn zicht of spreiding (van mijn vingers). Daarom wil ik een groot scherm waarop ik meer kan zien dan de iPhone mini.

Maar het prijsverschil tussen de basisversies van deze modellen bedraagt ​​maar liefst 12 CZK. Ik zou met gemak al die technologische prestaties op mijn Max willen hebben waar ik hem niet voor gekocht heb (telelens, LiDAR, ProRAW, ProRes, nog een GPU-core vergeleken met de 13-serie en ik zou ook bijten in het ontbreken van een adaptieve verversingssnelheid van het beeldscherm) als Apple zo'n groot apparaat tegen een relatief lagere prijs zou introduceren. Want als je eenmaal meer proeft, wil je niet minder. En dat is het probleem, want in het geval van Apple ben je dan alleen afhankelijk van de top van zijn portfolio.

Uiteraard geeft dit artikel alleen de mening van de auteur weer. Misschien heeft u persoonlijk een heel andere mening en staat u geen kleine apparaten toe. Als dat het geval is, zou ik willen dat de iPhone mini nog een jaar bij ons was, maar misschien moet je langzaam afscheid gaan nemen. 

.