Amaya Toman Apple heeft het in China al een hele tijd niet gemakkelijk. De verkoop van iPhones doet het hier niet goed en er zijn onevenredig hoge tarieven opgelegd aan de export van China naar de Verenigde Staten, dus het bedrijf probeert zo min mogelijk afhankelijk te zijn van China. Maar het lijkt erop dat het haar gewoon niet gaat lukken.
Net als veel andere bedrijven in de Verenigde Staten is Apple voor een groot aantal van zijn producten afhankelijk van China voor de levering van componenten. Je vindt het opschrift "Assembled in China" op een breed scala aan apparaten, van de iPhone tot de iPad tot de Apple Watch of MacBooks of accessoires. Tarieven bestemd voor AirPods, Apple Watch of HomePod treden op 1 september in werking, terwijl de regelgeving voor de iPhone en iPad vanaf medio december dit jaar in werking treedt. Apple heeft heel weinig tijd en mogelijkheden als het gaat om het vinden van een alternatieve oplossing.
Er wordt overwogen om de prijs van producten te verhogen om de kosten te compenseren die gepaard gaan met hogere douanerechten, of om de productie naar landen buiten China te verplaatsen. Zo verhuist de productie van AirPods blijkbaar naar Vietnam, worden geselecteerde iPhone-modellen in India geproduceerd en doet bijvoorbeeld ook Brazilië mee.
Het grootste deel van de productie lijkt echter in China te blijven. Dit blijkt onder meer uit de gestage groei van de toeleveringsketens van Apple. Foxconn heeft bijvoorbeeld zijn activiteiten uitgebreid van negentien locaties (2015) naar maar liefst 29 (2019), aldus Reuters. Pegatron breidde het aantal locaties uit van acht naar twaalf. Het Chinese marktaandeel voor specifieke materialen die nodig zijn voor de productie van Apple-apparaten groeide in vier jaar tijd van 44,9% naar 47,6%. De productiepartners van Apple investeren echter ook in het bouwen van vestigingen buiten China. Foxconn heeft vestigingen in Brazilië en India, Wistron breidt ook uit naar India. Volgens Reuters zijn de vestigingen in Brazilië en India echter aanzienlijk kleiner dan hun Chinese tegenhangers en kunnen ze niet op betrouwbare wijze aan de internationale vraag voldoen – vooral als gevolg van de hoge belastingen en beperkingen in beide landen.
Tijdens de bekendmaking van de financiële resultaten van het bedrijf zei Tim Cook dat naar zijn mening het merendeel van de Apple-producten "vrijwel overal" wordt vervaardigd, waarbij hij de Verenigde Staten, Japan, Korea en China noemt. Over het onderwerp kostbare export uit China sprak Cook ook meerdere keren met de Amerikaanse president Donald Trump, die een voorstander is van de productie in de Verenigde Staten. De reden waarom Apple voor de productie afhankelijk blijft van China onthulde Cook al in 2017 in een interview met het Fortune Global Forum. Daarin stelde hij dat de veronderstelling om voor China te kiezen vanwege de goedkope arbeid volkomen misplaatst is. ‘China is al jaren geleden opgehouden een land van goedkope arbeidskrachten te zijn’, zei hij. "De reden is het vermogen", voegde hij eraan toe.
Bron: Apple Insider
