Advertentie sluiten

De nieuwe 24″ iMac met M1 komt langzaam in de verkoop en de eerste benchmarktests zijn al op internet verschenen. Deze zijn waarschijnlijk door de eerste reviewers verzorgd en zijn te vinden op de portal Geekbench. Afgaande op de resultaten zelf hebben we zeker iets om naar uit te kijken. Uiteraard zijn de resultaten vergelijkbaar met andere Apple-computers waarin de identieke M1-chip klopt. Het gaat namelijk om de MacBook Air, 13″ MacBook Pro en Mac mini.

De iMac21,1 wordt genoemd als apparaat in de benchmarktests. Dat laatste verwijst waarschijnlijk naar het instapmodel met een 8-core CPU, 7-core GPU en 2 Thunderbolt-poorten. De tests spreken over een processor met acht cores en een basisfrequentie van 3,2 GHz. Gemiddeld (van de drie tot nu toe beschikbare tests) kon dit stuk 1724 punten behalen voor één kern en 7453 punten voor meerdere kernen. Wanneer we deze resultaten vergelijken met de 21,5″ iMac uit 2019, die voorzien was van een Intel processor, zien we direct een merkbaar verschil. De eerder genoemde Apple-computer scoorde in de test respectievelijk 1109 punten en 6014 punten voor één en meer cores.

Deze cijfers kunnen we nog steeds vergelijken met de high-end 27″ iMac. In dat geval presteert de M1-chip beter dan dit model in de single-core test, maar blijft hij achter op de 10e generatie Intel Comet Lake-processor in de multi-core test. De 27″ iMac scoorde 1247 punten voor één core en 9002 punten voor meerdere cores. Niettemin is de uitvoering van het nieuwe stuk perfect en is het duidelijk dat het zeker iets te bieden zal hebben. Tegelijkertijd moeten we vermelden dat Apple Silicon-chips ook hun minpunten hebben. In het bijzonder kunnen ze Windows (voorlopig) niet virtualiseren, wat voor iemand een groot obstakel kan zijn om het product aan te schaffen.

.